‘Alsof ik in een dichte mist loop met een dikke donkere wolk rondom mijn hoofd die daar blijft hangen. Een uitzichtloos gevoel.’ Inge staart voor zich uit nadat ze de woorden heeft uitgesproken. De psycholoog knikt en laat een lange stilte vallen. Inge voelt zich ongemakkelijk worden en kijkt door het klassieke schuifraam naar buiten. Het is zo vies dat je er nauwelijks iets door kunt zien en de verf bladdert er aan alle kanten vanaf. De psycholoog ziet er uit alsof hij zelf ook wel een likje verf kan gebruiken.
Bernd-Jan heet hij. Typisch zo’n niet uit te spreken psychologen naam. ‘Waar denk je aan?’
‘Niks bijzonders.’ Ze haalt haar schouders op om haar boodschap kracht bij te zetten. Ze voelt zich net een opstandige tiener die verplicht wordt met de vertrouwenspersoon op school te praten.
Nu is dat in zekere zin ook wel zo. Haar leidinggevende heeft haar doorverwezen nadat ze zich voor de zoveelste keer ziek had gemeld. Met daarbij ook de waarschuwing dat er iets moet veranderen of anders haar baan op het spel staat.
‘Wil je blijven leven?’
‘Natuurlijk wil ik dat!’ Inge kijkt geschokt en verbaast. Wat is dat nu voor een rare vraag! ‘Ik wil alleen niet op deze manier leven. Ik wil gewoon van dat sombere en ongelukkige gevoel af.’
‘Mmhum’, Bernd-Jan kijkt haar met begripvolle ogen aan. ‘En heb je weleens gedachten over de dood?’
Allemachtig! Weer zo’n stomme vraag! Inge voelt het bloed naar haar hoofd stijgen en ze krijgt het warm. Er verschijnen rode vlekken in haar hals. Ze denkt regelmatig aan de dood. Maar als ze dat gaat toegeven stoppen ze haar meteen in een inrichting!
‘Ehm, ik heb het wel eens door mijn gedachten laten gaan ja, een enkele keer, maar dat heeft iedereen wel eens denk ik.’ Ze doet haar best zo onverschillig mogelijk over te komen.
‘Veel mensen die depressief zijn denken na over de dood, dat is heel normaal en niets om je voor te schamen.’
Inge schrikt als hij het woord depressief gebruikt. ‘Ik ben niet depressief’ klinkt het defensief uit haar mond. ‘Ik ben gewoon somber en heel moe, doordat ik slecht slaap.’
Mijn hemel! Straks zet die vent in haar dossier dat ze depressief is en komt haar baas dat te weten. Dan kan ze meteen wel opstappen.
‘Oké, dan denk ik dat het genoeg is voor vandaag.’ Bernd-Jan staat op en loopt naar zijn bureau. ‘Volgens mij heb jij geen hulp meer nodig verder, dus zullen we een afrondend gesprek plannen?’ Hij kijkt haar vanachter zijn computer vragend aan.
‘Ehm…ja dat uh… kan.’ hakkelt Inge.
Met een zwaar gevoel stapt ze haar auto in. Gelukkig is ze vrij vandaag. Of nou ja, gelukkig?
Oscar is systemisch coach van de Zuidas en heeft een rijke schat aan verhalen verzameld via de mensen die hij coacht. Soms zijn ze luchtig, soms zitten ze dwars. Ervaar jij een dilemma op je werk en wil je hierover met een professional praten? Neem dan contact op met Oscar.