Thuis bij…Reinier (2)

‘Jongens, ik wil dat jullie nu naar jullie kamer gaan. Ik ben het zat!’

Reinier heeft zijn telefoon op mute gezet en loopt met driftige passen achter zijn twee zoons van drie en vijf aan.
Hij richt zich tot zijn vrouw Joanne. ‘Jo, ik kan me op deze manier niet concentreren, doe er alsjeblieft wat aan.’ Ze kijkt hem fel aan. ‘Waarom leg je het probleem bij mij neer? Je kan er ook voor kiezen om ergens anders te gaan werken.’

‘Dat is nu even niet mogelijk Jo en dat weet je best, ik zou ook liever op de zaak zijn dan in dit kippenhok!’ Hij voelt de opgebouwde spanning naar boven komen.

‘Je kan niet van de jongens verwachten dat ze de hele tijd stil op hun kamer blijven, dat is onredelijk van je Reinier.’

‘Ga dan even naar de speeltuin met ze, ik ben over een half uur klaar met deze call.’

De deur vliegt open en opnieuw stormen de jongens naar binnen. Ze spelen indiaantje. Job rent achter zijn jongere broertje Mick aan met een plastic bijl. Mick draagt een verentooi die te groot is voor zijn hoofd en zijn zicht belemmerd. Hij knalt met zijn hoofd tegen de keukentafel en zet het meteen op een brullen.

‘Dat komt ervan als jullie zo wild doen!’ Meteen heeft ze spijt van haar reactie. ‘Kom hier lieverd, dat doet pijn hè.’ Joanne tilt hem op en loopt naar de gang. ‘Kom we gaan lekker even naar buiten.’

Reinier pakt de telefoon weer op. ‘Sorry hoor, ik heb de kinderen hier rondlopen en moest even ingrijpen.’
Joanne kijkt hem boos aan. ‘Ik moest even ingrijpen hoor’ bauwt ze hem na. Ze worstelt ondertussen om de jas van Job aan te trekken.

‘Ik wil niet naar buiten!’ Job schopt tegen deur.

De deur wordt met een ruk opengetrokken. Reinier pakt Job stevig vast, opent de voordeur en zet Job buiten neer. ‘Job, even goed luisteren nu naar papa! Je gaat met mama naar buiten en geen gezeur. Papa heeft een belangrijk telefoontje en je verstoort alles door zoveel lawaai te maken.

Ben ik duidelijk?!’

Job trekt een pruillip en trekt zich huilend los uit zijn vaders’ greep.
Joanne passeert hem zwijgend. Mick volgt haar. Ze slaakt een diepe zucht.

Reinier loopt zonder verder iets te zeggen naar binnen. Hij maakt zijn telefoontje af en ploft na een half uur op de bank neer. Hij baalt van zichzelf. De kinderen kunnen er tenslotte ook niets aan doen dat hij thuis moet werken. Het huis is gewoon te klein. Hij wordt gek als hij op deze manier moet blijven werken! Zijn volgende afspraak is pas over een half uur. Hij toetst het nummer in van de taxateur die zijn broer hem heeft aangeraden.

‘Goedemiddag, met Reinier. Ik wil mijn huis graag laten taxeren. Wanneer zou u langs kunnen komen? Morgenmiddag? Prima, tot dan.’
Met een tevreden gevoel hangt hij op en besluit een rondje te gaan lopen. Zijn volgende telefonische gesprek is met zijn manager om bij te praten, dus dat kan prima buiten.

Als hij terugkomt is Joanne al begonnen met koken. Ze ziet er moe uit.
‘Jo, wil je anders lekker een rondje hardlopen, dan neem ik het eten van je over.’

‘Dat is misschien wel een goed idee.’ Ze loopt meteen naar de slaapkamer om zich om te kleden.
Hij besluit om de jongens snel naar bed te brengen om met Joanne te kunnen praten.

Als de jongens na een moeizame strijd eindelijk in bed liggen deelt Reinier zijn idee.

‘Ik heb de taxateur vandaag gebeld.’

‘Echt?’ Joannes’ ogen lichten even op.

‘Ja. Dit kan zo niet langer meer Jo. Het huis is te klein voor ons. We hebben een huis nodig met tenminste één verdieping. Dan kunnen we een werkkamer maken en kunnen de jongens ook lekker boven spelen.’

‘Ja, ik weet het, maar dat gaat niet zomaar.’

‘We zullen zien.’

(Naam en context is fictief maar verhaallijn is wel gebaseerd op persoonlijke ervaringen).