De vrijdagmiddagborrel is niet zo druk bezocht deze keer, maar Bernadette kan wel een wijntje gebruiken voor ze naar het veeleisende gezinsleven om moet schakelen. De donkere randen onder haar ogen wijzen erop dat ze niet alleen afgelopen nacht slecht heeft geslapen. Ze staat zich zelf een glas merlot in te schenken als Angela naast haar komt staan.
‘Hi, alles goed?’ vraagt Bernadette zonder op te kijken.
‘Ja, prima, met jou ook?’
Bernadettes’ glas is inmiddels vol. Ze zet de fles opzij. ‘Ja ook goed hoor, druk druk, je kent het wel hè.’ Angela pakt de fles en constateert dat deze zo goed als leeg is.
‘Oh sorry, heb ik teveel gepakt? Ik kan wel wat in jouw glas gieten’ verontschuldigt Bernadette zich en wil meteen de daad bij het woord voegen.
‘Nee joh ben je gek, er is vast wel meer wijn.’ Angela speurt de tafel af op zoek naar wijn die nergens te bespeuren valt.
‘Nee joh, kom, hier heb je wat van mij.’ Ze houdt haar volle glas schuin boven die van Angela en begint te gieten. ‘Oh pas op hoor, straks komt het op je kleren!’ Angela trekt in een impuls haar glas weg waardoor een derde van de wijn op de tafel terecht komt en een grote rode vlek op het tafelkleed achterlaat. Bernadette springt naar achter om de wijnspetters te ontwijken, maar kan niet voorkomen dat haar schoenen worden geraakt.
‘Oh sorry Bernadette, je schoenen!’ Bernadette wuift haar bezorgdheid echter meteen weg.
‘Ach dat geeft niet, ze zijn toch niet meer zo nieuw.’ Ze heeft deze schoenen – Gucci mocassins uit Italië – van Anton gekregen toen ze tien jaar getrouwd waren. Nu acht jaar verder zijn ze inmiddels wel behoorlijk verjaard, net als de liefde tussen haar en Anton.
‘Ze zien er anders nog goed uit hoor, waar heb je ze gekocht?’ Gaat Angela verder.
‘In Italië, aantal jaar geleden. Jij hebt trouwens ook leuke schoenen hoor’, wijzend op de zwarte enkellaarsjes van Angela.
‘Nou, zo bijzonder zijn ze niet hoor, gewoon van de markt. Die van jou zijn wel duur geweest dan denk ik, niet? Weet je zeker dat we ze niet even schoon moeten maken?’ Bernadette neemt snel een slok van de wijn en ziet tot haar opluchting dat Gerard zich bij hun voegt.
‘Zo dames, lekker aan de wijn?’ Bernadette maakt van het moment gebruik en spurt naar de toiletten.
‘Ben zo terug.’
Ze baalt vreselijk van de wijnvlekken. Hoe moet ze die er ooit uitkrijgen? In het toilet probeert ze om de vlekjes met water en papieren handdoekjes weg te poetsen, maar ziet algauw dat het onbegonnen werk is. Waarom trok die troela dan ook haar glas weg!
‘Hé Bernadet. Oh, heb je geknoeid?!’ Ingrid komt de toiletruimte binnen. Bernadette stopt met poetsen en glimlacht geforceerd naar Ingrid.
‘Nee, het is niks hoor, het zijn toch oude schoenen.
Ga je nog wat leuks doen dit weekend?’ Ze vervloekt zichzelf meteen voor het stellen van deze vraag, aangezien Ingrid altijd zo lang van stof is.
‘Nou, ik ben alleen zoals je weet, maar ik heb gelukkig wel mijn hondje. Die moet naar de dierenarts morgen. Het arme ding is zo verkouden al een week en….’ Ingrid zit weer eens verlegen om een praatje en niet alleen over het weekend, maar ook al haar problemen komen aan bod. Bernadette kijkt ondertussen subtiel op haar horloge en moet eigenlijk naar huis.
‘En jij?’ vraagt Ingrid dan ineens onverwacht. Bernadette kijkt haar even vragend aan.
‘En ik?’ Ze was al vergeten wat ze had gevraagd.
‘Ja, wat je gaat doen dit weekend?’
‘Oow gewoon lekker met het gezin thuis, niks bijzonders.’ Haar telefoon gaat ondertussen over. Het is Anton. ‘Sorry hoor, maar het is mijn man’ verontschuldigt ze zichzelf en vlucht bijna de toiletruimte uit. Als ze buiten staat drukt ze hem weg en appt hem terug. ‘Sorry, werk loopt wat uit maar kom zo snel mogelijk.’ Ze loopt terug naar de tafel met hapjes en drankjes en schenkt zichzelf nog eens in. Ze drinkt haar glas in twee teugen leeg en haast zich naar huis.